Hand in hand liepen we en je liet me jouw wereld zien, de gan (kleuterschool) waar je je dagen doorbrengt, je vertelde over de vriendjes, die je het liefst zijn, maakte trots een koprol over het gras, en samen bogen we ons over de bloemen, die ik niet van je mocht plukken, omdat ze beschermd zijn, wat ik te laat begreep. Je liep op de randjes van de stoep, balanceerde, viel nog net niet We keken naar de vogels, ik vroeg je naar de pauwen, die ik in de verte hoorde, maar wist het woord niet in het iwriet, waarop je mij de mussen wees. Nee, ze zijn groter dan de mussen, zei ik,veel groter, je knikte wijs en wees naar de kraaien.
Elke seconde besefte ik, dat ik daar liep met jou en ik wilde alles vasthouden.
Een van die dagen, je was wat huilerig, zijn we samen gaan tekenen aan jouw kleine tafeltje in de tuin, tegenover elkaar zittend.
Ik heb je geschilderd, daar in dat verre land, waar ooit mijn vader wilde wonen. Hij dacht, dat daar alles mogelijk zou zijn.Geen vervolging, geen achtervolging, geen verbergen , maar gewoon leven , opbouwen, iets moois en goeds maken. De oorlogen die kwamen, maakten, dat hij wat meer afstand nam, dit was niet wat hij voor ogen had.
Jouw vader, aan wie de liefde voor het land was doorgegeven heeft er zijn hakken in het zand gezet en wortels gemaakt en jij kleine druiventros zult hetzelfde doen.
Als het aan jou ligt komt er nooit meer oorlog.
Eigen werk ( aquarel op kindertekenblok)